Na het maken van de frikandellenvlaai aan het begin van dit jaar wist ik dat er een vervolg op zou komen. Het duurde even voor ik hem daadwerkelijk maakte maar hier is hij dan: De kipsaté vlaai! Zelf vinden wij hem echt super lekker en ik hoop dat hij ook bij jullie in de smaak valt. Je kunt deze vlaai zowel warm als koud eten. Komt hij in één dag niet op dan is hij de volgende dag ook nog lekker. Je kan hem eten als lunch of bij de borrel. En wij aten hem in plaats van een stukje vlees bij de sperziebonen. Voor de vulling heb ik de kipsaté gemaakt zoals wij hem het allerlekkerst vinden. Maar je kan natuurlijk ook kiezen om de vlaaibodem te vullen met je eigen favoriet kipsaté.

 

Dit heb je nodig voor 1 vlaai van 28 cm doorsnede:

Voor het deeg:

250 gram tarwebloem

10 gram suiker

1,5 gram zout

1 zakje gedroogde gist

1 ei

30 gram roomboter + iets extra

100 gram melk

Voor de kip:

600 gram kipfilet

1 zakje Conimex marinademix voor kipsaté

1 eetlepel water

1 eetlepel ketjap manis

3 eetlepel olijf- of zonnebloemolie + wat extra voor in de pan

voor de saus:

200 gram markantmerk satésaus geconcentreerd

25 gram ketjap manis

160 gram water

 

En verder:

mixer met stevige deeghaken

deegroller

vlaaivorm 28 cm

Evt. vlaairuiten roller

Zo ga je te werk:

Beboter de vlaaivorm.

Verwarm de melk tot lauwwarm.

Doe de hittebron uit.

Doe de boter bij de melk.

Doe de bloem met de suiker, het zout en de gist in een mengkom.

Mix op lage snelheid deze ingrediënten door elkaar.

Voeg langzaam de melk en boter toe.

Voeg het ei toe.

Kneed stevig door tot er een mooie, niet plakkende deegbal ontstaat. Kneed het deeg totaal ongeveer 15 minuten.

Doe het deeg in een ruime bak en laat het op een warme plaats, afgedekt met huishoudfolie rijzen tot het in volume verdubbeld is. Dit duurt ongeveer 1 uur.

Marineer in tussentijd de kip. Hiervoor meng je de Conimex mix voor Satémarinade met 1 eetlepel water, 1 eetlepel ketjap manis en 3 eetlepel olie.

Knip of snij de kipfilet in stukjes van ongeveer 3 bij 3 cm.

Laat de kip ongeveer 10 minuten (in de koelkast) marineren.

Verhit een beetje olie in de pan en bak de kip rondom aan. Zorg dat hij niet helemaal gaar is.

Meng de satépasta met de Ketjap Manis en het water.

Breng het geheel aan de kook. Laat het al roerend iets indikken.

Verwarm de oven voor op 195 graden.

Kneed het gerezen deeg kort door.

Rol 2/3 van het deeg uit tot een ronde lap van ongeveer 32 cm doorsnee.

Bekleed de bodem en zijkanten van de vlaaipan met het deeg.

Dek het deeg af met huishoudfolie en laat het nog ongeveer 10 minuten rusten / rijzen op een warme plek.

Prik her en der wat gaatjes in de bodem.

Verdeel eerst de stukjes kip over de bodem.

Verdeel daarna de satésaus er over.

Rol het achtergehouden deeg uit en maak met hulp van de ruitenroller een raster voor op de bovenkant.

Bak de vlaai in ongeveer 25-30 minuten goud bruin en gaar.

Laat de vlaai afkoelen of serveer hem warm.

Vlak voor het serveren kan naar smaak mayonaise en/of gebakken uitjes toegevoegd worden.