Als ik een aantal mensen hier in huis een groot plezier wil doen dan moet ik zorgen voor een trommeltje zelf gebakken koekjes. Meestal is dat trommeltje zo leeg. Dat komt niet omdat zij zoveel koekjes eten maar omdat ik liever een kleine portie dan een grote portie bakt. Zo is de bodem eerder in zicht en heb ik eerder weer een goed ‘smoes’ om te bakken. Vandaag dus een recept voor ongeveer 12 koekjes. Vind jij dat echt te weinig? Dan verdubbel je het recept. Overigens kreeg ik zelf bij deze kleine portie bijna spijt, zo lekker zijn ze.
Dit heb je nodig voor 12 koekjes:
75 gram koude roomboter
100 gram bloem
1 zakje vanille suiker
40 gram suiker
snufje zout
50 gram karamelstroop
25 gram licht bruine basterd suiker
20 gram roomboter
En verder:
Uitrollatjes 3 mm dikte
deegroller
bakplaat bekleed met bakpapier
uitsteekvorm 4 cm
steelpan
Zo ga je te werk:
Snij 75 gram roomboter in kleine stukjes en doe het in een mengkom.
Voeg de poedersuiker, vanillesuiker, het snufje zout en de bloem toe en kneed er snel een glad deeg van.
Rol het deeg met hulp van de uitrollatjes, huishoudfolie en een deegroller uit tot een deegplak van 3 mm dikte.
Leg de deegplak minimaal 2 uur in de koelkast.
Doe de karamelstroop, bruine basterdsuiker en 20 gram roomboter in de steelpan.
Verwarm dit op een lage warmtebron al roerend tot de roomboter gesmolten is.
Blijf roeren tot de suiker ook gesmolten is.
Doe de stroop over op een bord en laat het afkoelen tot kamertemperatuur.
Steek met de uitsteekvorm 24 rondjes uit het deeg.
Leg de deegrondjes, op ruime afstand van elkaar, op de met bakpapier bekleedde bakplaat.
Zet de bakplaat ongeveer een half uur in de diepvries.
Verwarm de oven voor op 175 graden.
Zet de deegrondjes rechtstreek uit de diepvries in de oven. Bak de koekjes in ongeveer 10 minuten lichtbruin.
Laat de koekjes volledig afkoelen.
Zet de stroop tijdens het afkoelen van de koekjes even in de koelkast.
Schep op 12 koekjes een theelepel stroop en druk er een tweede koekje op.