Deze taart is gebaseerd op een dessert dat ik een tijdje terug in een pannenkoekenrestaurant at. Toen ik de eerste hap in mijn mond stak wist ik dat dit een perfecte match is. Mmmh! Hij is echt zo heerlijk van smaak! Snij er alleen niet te grote stukken van want het is naast erg lekker ook machtig. En hij is ook snel gemaakt als je het koken van de gecondenseerde melk niet meerekent.
Dit heb je nodig voor een bakblik van ongeveer 25×25 cm:
1,5 pak kandijkoeken
125 gram roomboter
2 blikjes gecondenseerde melk
4 bananen
250 slagroom
2 zakjes vanillesuiker
1 eetlepel suiker
1 zakje klopfix
Zo ga je te werk:
Begin met het koken van de gecondenseerde melk. Verwijder hiervoor de etiketten van de blikjes, zet ze in een pan en vul de pan met water. Zorg dat de blikjes volledig onderstaan en leg het deksel op de pan.
Breng het water aan de kook en laat het gedurende 4 uur koken. Controleer regelmatig of de blikjes nog onder water staan.
Haal de blikjes uit het water en laat ze volledig afkoelen.
Maal de kandijkoeken fijn.
Smelt de roomboter.
Meng de roomboter en kandijkoekkruimels met elkaar.
Spreid de koekkruimels over de bodem en rand van de vorm uit en druk ze stevig aan.
Zet de bodem voor ongeveer 10 minuten in de koelkast.
Snij 3 bananen horizontaal in 3 plakken. Verdeel deze plakken over de kandijkoek bodem.
Maak de blikjes karamel open. Spreid de karamel uit over de banaanplakjes.
Klop de slagroom met de beide suikersoorten en de klop-fix stijf.
Doe de slagroom in een spuitzak en spuit rozetten op de taart.
Bewaar de taart tot serveren in de koelkast.
Garneer de taart op het laatste moment met schijfjes van de achtergehouden banaan.