Ooit weleens gehoord van een blogger die haar eigen creatie niet hoeft en het dan ook nog met haar volgers durft te delen? Nee..? Prima! Dan ben ik de eerste die het wel doet. Als ik, van jongs af, iets niet lust dan zijn het stoofperen. Het is echter een smaak die door heel veel mensen wel gewaardeerd wordt. Degene die Bakkiebels al langer volgen weten dat ik iedere maandag taart maak voor de bewoners van het verzorgingstehuis waar ik werk. Twee winterseizoenen heb ik af en toe een stoofpeer kwarktaart gemaakt. Tot nu toe deelde ik het recept niet. Het voelt toch een beetje gek om iets te delen dat je zelf niet lust. Hoe kan je dan je volgers overtuigen dat deze taart wel lekker is? Hoe kan je ze overhalen om jouw recept toch te maken? I don’t know 😉 Maar joh… Ik ben niet de vele pageviews bezig o.i.d., ik blog gewoon omdat ik het leuk vind. Om goed gelukte recepten te delen en om jullie te inspireren. En dus deel ik deze taart ook. Dat hij door stoofpeer liefhebbers gewaardeerd word weet ik trouwens wel zeker. De taart is namelijk door mijn proefpanel gegeten. Zij vonden het lichtelijk vreemd dat ik deze taart zelf niet proefde 😀 Durf jij het aan?

Dit heb je nodig voor een taart van 24 cm doorsnee:
Voor de bodem:
1 pak Jodenkoeken kaneel (-1 koek 😀 Die is altijd voor mij 😛 )
75 gram roomboter
Voor de kwarklaag:
1 pot vanillekwark (450/500 ml/gram)
500 ml slagroom
7,5 gram kaneel
3 zakjes vanillesuiker
50 gram suiker
6 blaadjes gelatine
Voor de afwerking en decoratie:
1 pot toffe peertjes (of 250 gram stoofpeertjes en 150 gram kookvocht)
6 zakjes vanille suiker
5 blaadjes gelatine
20 ml rode wijn
250 ml slagroom
100 gram mascarpone
snuf kaneel

En verder:
Springvorm 22 of 24 cm
Pan
Garde
Zeef
Bakje koud water
Bakpapier

Zo ga je te werk:
Week de gelatine in ruim koud water, doe dit in 2 verschillende bakjes. (Hou ze uit elkaar, hé 😉 )
Laat de vanillekwark op kamertemperatuur komen.
Bekleed de bodem en zijkanten van de springvorm met bakpapier.
Maal de kaneel jodenkoeken fijn met hulp van een staafmixer, foodprocessor, o.i.d.
Smelt de roomboter in een pannetje of in de magnetron.
Meng de koekkruimels en de roomboter met elkaar.
Stort ze in het bakblik en druk het goed aan.
Zet het bakblik in de koelkast.
Zeef de stoofpeertjes, vang het vocht op en houd het achter.
Snij de stoofpeertjes in stukken, zoek de 12 mooiste stukken er uit en hou die apart voor de garnering.
Klop de slagroom met de suiker, vanillesuiker en kaneel bijna stijf.
Smelt de 6 blaadjes gelatine in een pannetje op het vuur.
Voeg wat vanillekwark toe en roer met de garde tot het goed gemengd is met elkaar.
Voeg nogmaals wat kwark toe en roer ook dit weer goed door.
Voeg de overige kwark toe en roer tot een gladde egale massa.
Voeg wat slagroom toe, roer tot het goed gemengd is.
Voeg nogmaals was slagroom toe en roer tot ook dit goed gemengd is.
Voeg de overige slagroom toe en roer tot een egale, goed gemengde massa. 
Verdeel de stoofpeertjes over de bodem.
Stort het kwarkmengsel op de stoofpeertjes.
Zet de taart in de koelkast om op te stijven.
Meng het stoofpeervocht met de rode wijn, 3 zakjes vanillesuiker en eventueel een snuf kaneel. 
Vul de hoeveelheid aan met water tot 200 gram.
Zeef het vocht een aantal keer.
Smelt de 5 gelatine blaadjes.
Voeg wat stoofpeervocht toe aan de gelatine en roer het goed door elkaar.
Voeg nogmaals wat toe en roer het nogmaals goed door.
Voeg het overige vocht toe, blijf roeren tot het goed met elkaar gemengd is.
Laat het staan tot het begint te geleren.
Schenk het vocht voorzichtig op de kwarklaag. 
Zet de taart in de koelkast om verder op te stijven.
Klop de slagroom met de overige vanille suiker, de mascarpone en een snuf kaneel stijf.
Is de geleilaag stijd geworden: Spuit 12 toeven slagroom op de taart.
Leg in iedere toef een stukje achtergehouden stoofpeer.
Bewaar de taart tot serveren in de koelkast.